9 december 2014
|
Door:
Hans & Hetty
Aantal keer bekeken
157
Aantal reacties
Sydney,
Australië
a
A
The Great Ocean Road
4-9 december Great Ocean Road
The Great Ocean Road is precies wat het is: de weg langs de Grote Oceaan van Melbourne tot Warrnambool (wij noemen het voor het gemak Warboel). Hij kronkelt langs een ruwe, ruige en rotsachtige kustlijn wat spectaculaire plaatjes oplevert. Er zijn de nodige bergen, regenwouden en mooie watervallen te bekijken. Onze accommodatie ligt 2 km na Apollo Bay en de totale afstand is zo’n 250 km. Omdat er veel te zien is onderweg (om de haverklap is er een look-out waar we dan toch maar even stoppen om foto’s te maken), we voornamelijk op kronkelwegen rijden en we onderweg ook nog wat inkopen moeten doen komen we pas laat aan bij de Apollo Bay Colonial Cottages. Bij de receptie zit een leuke jonge meid luisterend naar de naam Kaz die ons in 10 minuten tijd zoveel informatie geeft dat we het meeste alweer vergeten zijn als we naar buiten lopen. We krijgen de sleutel van nr. 4 en we maken daar eerst even een rondje. We constateren dat dit zonder problemen, heel goed als permanent woonhuis zou kunnen dienen. Ruime living (met een lekkere grote open haard), een open keuken, grote badkamer met daar tegenover een wasruimte en 2 ruime slaapkamers. We besluiten, gezien het tijdstip, een omelet in elkaar te flansen en liggen op tijd in bed. De volgende dag kunnen we pas goed zien waar we op uitkijken; een breed gazon met struikgewas scheidt ons van The Great Ocean Road met daar weer achter het strand en de ruwe branding van de Grote Oceaan. Op het gazon allerlei vogels waaronder uiteraard meeuwen, een soort zwarte kalkoenen, allerlei kleine vogeltjes en een speciaal soort loopvogels jonkies van zo’n 80-90 cm. groot en de volwassenen tot 170 cm. Er zijn erbij die gestreept zijn maar er zijn er ook met stippen of helemaal effen. We gaan nog even naar Kaz om de informatie die ze de vorige dag heeft gespuid iets rustiger tot ons te nemen. Ze geeft ons een dag-route die ons langs een bos met koala’s, en 2 mooie watervallen voert ook is er nog een wandeling in een stuk regenwoud ingecalculeerd. Op de plek waar de koala’s zouden moeten zitten hoef je alleen maar te letten op “clusters” van gestopte auto’s waar je mensen naar boven ziet wijzen, daar zie je geheid wat van die pluizenbollen in de eucalyptusbomen zitten. Hier zien we opnieuw weer veel van die grotere loopvogels die we ’s morgens op het gazon ook al hebben gezien. Als we een parkwachter vragen of hij weet wat het is, vertelt hij ons dat het Chinezen zijn; daar zijn er steeds meer van te zien in Australië….. Even zonder gekheid; De Chinezen hebben Australië als vakantieland ontdekt en ze komen er in grote getale naar toe. De Australiërs, ook niet gek, zien ze natuurlijk graag komen, het heeft het toerisme een flinke boost gegeven. Er zijn echter wel een paar cultuurverschillen en men moet nog aan elkaar wennen. Zo vertelde Kaz dat de Chinezen totaal niet weten hoe een open haard gestookt moet worden. Ze steken hem toch aan, allemaal ff voor de open haard op de foto: “Aaah, sparkles, sparkles picture, picture !!!” maar de schoorsteenklep open zetten; dacht het niet. Gevolg een kamer vol rook en Chinezen die komen zeggen dat de open haard wel weer uit mag…!!
Op een van de “koala-stops” is er een meisje dat ons verteld dat er 500 meter verder bij een wildrooster, achter een hek (gewoon open maken en er door lopen) een koala vlak bij de weg zit op ooghoogte. Eerlijk is eerlijk; als het ons niet was verteld hadden we ‘m nooit gevonden maar nu staan we 5 minuten later op armlengte afstand. In eerste instantie verbergt hij zijn snuit achter de boomstam maar na wat gekietel aan zijn oren kijken we hem dan toch in zijn slaperige oogjes. Nadat we wat foto’s hebben genomen laten we hem weer in innige omarming met zijn geliefde boom achter. Om bij de watervallen te komen moeten er eerst wat kilometers met de auto bergop worden gereden. Bij allebei kom je dan via boardwalks en wat houten trappen bij een waterval uit. De eerste is een soort driesprong en is wonderschoon, de tweede is vooral erg hoog, we schatten zo’n 30-35 meter en dat geeft weer wat meer spektakel. De wandeling door het regenwoud verschilt toch weer van voorgaande wandelingen en dat komt vooral omdat hier zoveel varens groeien. Ze zijn alleen immens groot en ze groeien zeg maar “op stam” waardoor ze op palmbomen lijken, echt heel bijzonder en absurd veel. Als we terugrijden gaan we ook alvast even kijken bij het restaurant waar Kaz voor ’s avonds heeft gereserveerd, het ligt op zo’n 500 meter hoogte. Die avond komen we er achter dat ze, buiten lekker eten, een magnifiek uitzicht hebben over bos en oceaan; prima combinatie, thanks Kaz.
De volgende dag verkassen we naar Port Fairy. De rit ernaar toe leid ons, onder andere, langs de beroemde 12 Apostelen, immense rotspilaren die zijn ontstaan omdat het oceaanwater ze heeft “losgepoeld” van de rest van de rotsen. We hebben al gehoord dat het na de 12 Apostelen eigenlijk nog veel mooier wordt en dat wordt look-out na look-out bevestigd. In Port Fairy is er een huisje voor ons geregeld zo ongeveer op het strand, waar we ’s avonds omdat het bewolkt, bijna stormachtig weer is, een zonsondergang meemaken die totaal niet te vergelijken is met alle voorgaande. Het is de bedoeling dat we hier een volle dag luieren en zonnen maar het blijft tot halverwege de middag bewolkt dus hebben we uitgebreid het stadje verkend. Ook is er een eilandje waar je via een kleine brug naar toe kunt. Hier is een kleine groep Swamp-Walleby’s te zien en er staat ook een van de oudste vuurtorens nog in originele staat en operationeel. We besluiten de volgende dag op tijd te vertrekken naar onze laatste stop, Melbourne, om daar alvast het een en ander te bekijken…….